8. a. Verkeersveiligheid voor fietsers in België en andere landen

8.b. Verkeersveiligheid voor fietsers in Vlaanderen

8. c. Fietsbeleid: waar willen we naartoe?

Evaluatie van het fietsbeleid

1. Zone 30

Bij het omschakelen tot een zone 30 is het van groot belang dat de geloofwaardigheid van het snelheidsregime wordt bevestigd. Een zone 30 waar een kleine minderheid van de autobestuurders zich aan de snelheidsbeperking houdt, heeft geen bestaansreden. Essentiële elementen voor de geloofwaardigheid zijn:

Vooral de snelheidsverlagende structurele maatregelen zijn cruciaal. Het wegbeeld moet het snelheidsregime verduidelijken. Het verkeersbord "Zone 30" is er enkel om de overtreders te kunnen straffen. Het is bijgevolg van groot belang dat een zone 30 herkenbaar is: wegdek in een andere kleur, gekleurde palen aan het begin van de zone 30, enz.

Volgende maatregelen kunnen overwogen worden om de theorie van de "self explaining roads" toe te passen:

VAB heeft onlangs een studie gemaakt over de invoering van zone 30 in een aantal steden. De resultaten van deze interessante studie kunnen geraadpleegd worden.

In een zone 30 binnen de bebouwde kom is het normaal dat fietsers met twee naast mekaar midden op de rijweg rijden. Het snelheidsverschil met de auto's is klein, zodat ze gemakkelijk hun plaats kunnen innemen op de rijbaan. Zij zijn niet verplicht uit de weg te gaan voor achterkomend verkeer. Het is tevens een efficiënte manier om het snelheidsregime te handhaven.

De voordelen van een zone 30 zijn onder meer: (Bron)

2. SUMP

SUMP (Sustainable Urban Mobility Plan) is een strategisch plan dat steunt op bestaande planningspraktijken. Het schenkt gepaste aandacht aan integratie, participatie en evaluatieprincipes om aan de mobiliteitsbehoeften van de inwoners te voldoen, zowel vandaag als morgen. Dit moet zorgen voor een betere levenskwaliteit in de steden en in de omgeving. De Engelstalige brochure kan hier ingezien worden. De website is www.mobilityplans.eu.

3. BYPAD

BYPAD (Bicycle Policy Audit) is een project dat door de Europese Commissie in 1999 werd opgericht en gefinancierd. Het doel is om een methode te ontwikkelen die huidig fietsbeleid kan evalueren en die een plan voorbereidt voor dit fietsbeleid. Sinds oktober 2008 is BYPAD een zelfstandige organisatie. Ondertussen hebben meer dan 100 steden in 21 Europese landen hun fietsbeleid geëvalueerd en verbeterd onder de leiding van 58 experten van die landen. De 9 modules die deel uitmaken van de evaluatie zijn (1-4: planning; 5-8: acties; 9: effecten):

  1. Gebruikersbehoeften
  2. Leiderschap
  3. Beleid op papier
  4. Middelen en personeel
  5. Infrastructuur, veiligheid, diensten
  6. Communicatie en educatie
  7. Complementaire acties
  8. Doelgroepen en samenwerkingsverbanden
  9. Evaluatie en effecten

De te nemen maatregelen verschillen volgens het niveau van fietsgebruik in de beschouwde gemeente of regio. In een gemeente met een laag fietsgebruik is het logisch dat men eerst zal investeren in infrastructuur en in verkeersveiligheid. Het zou zelfs immoreel zijn indien men grootschalige campagnes zou voeren om nog meer de fiets te gebruiken in een onveilige of een fietsonvriendelijke situatie.

"Nochtans is het een basisprincipe van BYPAD dat het pakket aan maatregelen om het fietsgebruik en de verkeersveiligheid te doen toenemen altijd een combinatie is van infrastructurele en 'zachte' maatregelen (informatie, promotie, ...)."

Er zijn drie categorieën van fietsbeleidsmaatregelen:

Starter cycling cities Climber cycling cities Champion cycling cities
DOEL: De voorwaarden scheppen om fietsen mogelijk, veilig, en comfortabel te maken. DOEL: Zoveel mogelijk mensen overtuigen om de fiets te gebruiken. DOEL: Houd de mensen op de fiets
Aandeel fiets in de totale verplaatsingen: < 10% Aandeel fiets in de totale verplaatsingen: 10-20% Aandeel fiets in de totale verplaatsingen: > 20%
Voorbeeld: Regio Brussel (België) 2-3% Voorbeeld: Gent (België) 13% Voorbeeld: Odense (Denemarken) 26%
  • veilige infrastructuur: vrijliggende fietspaden, fietsparkings en andere fietsvoorzieningen moeten aanwezig zijn vooraleer de overheid campagnes voert om het fietsgebruik te promoten.
  • promotie: De gemeente communiceert over alle maatregelen die werden genomen en benadrukt de voordelen van fietsen.
  • promotie: In dit stadium is er nog steeds een groot potentieel om over te stappen van de auto naar de fiets of het openbaar vervoer.
  • educatie: De gemeente communiceert nadrukkelijk over de voordelen van fietsen en start de geëigende promoties: woon-schoolverkeer, woon-werkverkeer, ...).
  • comfort: Een voortgezette verbetering van het fietscomfort en -veiligheid is noodzakelijk.
  • levensstijl: In dit stadium worden de meeste korte afstanden gemaakt met de fiets (of het openbaar vervoer). Het is niet meer nodig om mensen te overtuigen van de voordelen van het fietsgebruik. De uitdaging is om mensen op de fiets te houden.
  • comfort: Daar de voorkeur van de gebruiker zich voortdurend wijzigt, zijn nieuwe investeringen in fietscomfort en -veiligheid van vitaal belang.

Bronnen:

Enkele goede voorbeelden

1. Uitbouw "Fietspunt" in België

2. Hasselt: fietspad met LED-verlichting

In de Heilig Hartwijk is een 1,8 km lang fietspad aangelegd als verbinding tussen de verschillende verkavelingen. "Uniek voor Limburg is dat langs het fietspad voor het eerst openbare verlichting met LED-lampjes geplaatst werd", vertelt schepen van Openbare Werken Johan Vanmuysen. Het gaat om een proefproject in samenwerking met Infrax. (Bron: Het Laatste Nieuws, regio Limburg, 15 december 2010)

3. Beïnvloeding van de verkeerslichten voor fietsers

In Antwerpen heeft het schepencollege een beleidsnota goedgekeurd waardoor niet enkel voor het openbaar vervoer maar ook voor fietsers en voetgangers de verkeerslichten beter op elkaar worden afgestemd.

Volgens Renaat Van Hoof van de Antwerpse Fietsersbond bestaat die praktijk al lang in Nederland en Denemarken. "In de Deense hoofdstad Kopenhagen is er een fietsroute waarop zeker twintig verkeerslichten staan, maar wie aan 20 kilometer per uur fietst, heeft steeds groen licht. Ook in Nederland kent men dit systeem, maar daar moet je 18 kilometer per uur rijden om groen licht te krijgen." (Gazet van Antwerpen, 27 december 2010)

Enkele grote fietssteden

Op de website "Copenhagenize" is volgende bepaalde criteria een rangschikking te vinden van de fietsvriendelijkste steden 2011. De eerste 20 zijn: Amsterdam (54), Kopenhagen (52), Barcelona (45), Tokyo (41), Berlijn (41), München (40), Parijs (39), Montreal (38), Dublin (37) Budapest (36), Portland (36), Guadalajara (36), Hamburg (36), Stockholm (33), Helsinki (31), Londen (31), San Francisco (30), Rio de Janeiro (30), Wenen (30), New york (29).

1. Amsterdam

Op de website www.amsterdam.nl kan men de folder 'Amsterdams fietsbeleid' downloaden. Men vindt er:

2. Kopenhagen

De site www.bycyklen.dk geeft goede informatie over de fietsstad Kopenhagen. Voorbeeld: "The city bike and Copenhagen".

Onderaan zijn er interessante links.

In Kopenhagen:

Tegen het jaar 2015 wil Kopenhagen

Voor bovenstaande cijfers werd de brochure "Copenhagen city of cyclists, bicycle account 2010", geraadpleegd. De brocure kan gedownload worden via de website www.kk.dk

3. Londen: de Barclays Cycle Superhighways zijn een groot succes

De website Fietsberaad geeft het voorbeeld van Londen.

Meld hippe voorbeelden van fietsgebruik en fietsinfrastructuur.

Laatst gewijzigd op 11 juli 2012