8. a. Verkeersveiligheid in België en enkele andere landen

8. b. Verkeersveiligheid voor fietsers in Vlaanderen

8.c. Fietsbeleid: waar willen we naartoe?

Aandeel van de fiets in de verplaatsingen

Nederland 2008 Aandeel fiets in verplaatsingen per afstandsklasse Vlaanderen 2008 Aandeel fiets in verplaatsingen per afstandsklasse
0 - 1 km 25% 0 - 1 km 24%
1 - 2,5 km 43% 1 - 3 km 23%
2,5 - 5 km 35% 3 - 5 km 14%
5 - 7,5 km 24% 5 - 7,5 km 10%
7,5 - 10 km 15% 7,5 - 10 km 8%
10 - 15 km 10% 10 - 15 km 4%
15 - 20 km 8% 15 - 25 km 3%
20 km en meer 1% 25 km en meer 2%
Aandeel fiets in alle verplaatsingen 26% Aandeel fiets in alle verplaatsingen 14%

Bron: Tim Asperges, TIMENCO bvba, Gent, voordracht 9 oktober 2010

Voor afstanden van 1 tot 20 km is er voor Vlaanderen nog een zeer groot groeipotentieel! 83% van de fietsverplaatsingen in Vlaanderen gebeuren over een afstand van minder dan 5 km en in eerste instantie is daar veel groei mogelijk. Welk is de randvoorwaarde voor een groter fietsgebruik? De verbetering van de verkeersveiligheid.

Verkeersveiligheid

Bron: BIVV, Themarapport fietsers 2000-2007, p. 20.

Men ziet dat het aantal doden en zwaargewonden daalt maar dat het aantal lichtgewonden stabiel blijft. Een sluitende verklaring hiervoor kan het BIVV hiervoor niet geven. Mogelijk worden nu meer ongevallen geregistreerd dan vroeger. Anderzijds kan het dragen van een helm bij fietsers of de lagere snelheid van de auto's een rol spelen.

In 2007 bedroeg het aantal fietsdoden in het Vlaamse Gewest 78. Dit is 14,8% van het totaal aantal verkeersdoden (527) (Bron: BIVV, Verkeersveiligheid in het Vlaams Gewest 2000-2007, p. 46.)

Dit aantal is 88% van het aantal fietsdoden in België. Dit is te begrijpen aangezien "90% van de gefietste kilometers in Vlaanderen wordt afgelegd." (Via Secura nr 81)

Leeftijd van de fietsers bij ongevallen

Bron: BIVV, Themarapport fietsers 2000-2007, p. 41.

De fysieke kwetsbaarheid van fietsers hebben we in de grafiek berekend door het aantal fietsdoden per leeftijdscategorie te delen door het totaal aantal fietsers betrokken bij een letselongeval per betreffende leeftijdscategorie.Het aantal fietsdoden per 100 fietsers betrokken bij een letselongeval blijft onder de 1% tot ongeveer de leeftijd van 55 jaar.Daarna zien we een sterke stijging tot de oudste leeftijdscategorie waarvoor per 100 fietsers betrokken bij een letselongeval zes fietsdoden vallen.

De fysieke kwetsbaarheid van oudere fietsers ligt aan de basis van het hogere risico bij ouderen in vergelijking met jongeren om als fietser te overlijden of in een fietsongeval betrokken te raken.

Leeftijd fietser Aantal fietsdoden 30 dagen Procent van het totaal
0 tot 11 jaar 2 -
12 tot 17 jaar 7 8,1 %
18 tot 24 jaar 6 7 %
25 tot 39 jaar 6 7 %
40 tot 54 jaar 10 11,6 %
55 tot 64 jaar 13 15,1 %
65 tot 75 jaar 21 24,4 %
76 tot 99 jaar 23 26,7 %
Totaal voor 12 tot 99-jarigen 86 100 %

Bron: BIVV, Themarapport fietsers 2000-2007, p. 38-39.

Bemerk dat 50% van de fietsdoden ouder is dan 65 jaar en 15% jonger dan 25 jaar! Deze verhouding herhaalt zich niet voor het aantal zwaargewonden. 25% van de zwaargewonde fietsers is ouder dan 50 jaar terwijl 23,6% jonger is dan 25 jaar.

N.B.: Evolutie van het aantal doden en zwaargewonden bij fietsers en doelstelling 2010

Bron: Aantal dode en gewonde fietsslachtoffers en vanaf 2005: BIVV, Jaarrapport Verkeersveiligheid 2011: Vlaanderen, p. 67.

De doelstelling die de Vlaamse regering wilde behalen was maximaal 477 fietsslachtoffers in 2010 (de helft van het aantal slachtoffers in 2000). Sedert 2001 is er geen echte daling van het aantal fietsslachtoffers waarneembaar! De doelstelling voor 2010 is op verre na niet gehaald! We stellen een dramatische stijging van het aantal zwaargewonde fietsers vast in 2011! Zeker is dat een drastisch ingrijpen dringend noodzakelijk is.

Hierna zijn de dode en zwaargewonden fietsslachtoffers apart vermeld volgens de gegevens van FOD Economie. Er was in 2012 een sterke stijging van het aantal fietsdoden in het Vlaams gewest en sindsdien bleef de trend stijgend tot in het jaar 2015.

Jaar 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016
Fietsdoden in Vlaanderen 98 105 96 113 104 122 108 89 . . 65 80 80 76 75 61 51 64 66 69 72 56
Zwaargewonde fietsers in Vlaanderen 1226 1004 1069 954 954 836 772 762 . . 857 813 828 836 815 780 939 906 945 965 825 859
Totaal aantal slachtoffers bij fietsers in Vlaanderen 1324 1109 1165 1067 1058 958 880 851 . . 922 893 908 912 890 841 990 970 1011 1034 897 915

Bron: FOD Economie, opvraging gegevens statbel.fgov.be

Vergelijking met andere Europese landen

In 2000 had België het hoogste aantal fietsdoden per miljoen inwoners van 14 Europese landen.

Fietslanden en Vlaanderen Aantal fietsdoden per miljoen inwoners
Nederland 10,4
Denemarken 9,7
Vlaanderen 15,4

Bron: Vlaams Steunpunt Verkeersveiligheid, Kurt Van Hout, De risico's van fietsen, p. 28, 2007. (cijfers 1999)

Dit is te wijten aan de relatief grote populariteit van fietsen in ons land (we bekleden de 3e plaats na Nederland en Denemarken), en een matige veiligheid voor fietsers (8e plaats in Europa). "90% van de gefietste kilometers wordt in Vlaanderen afgelegd." (Via Secura nr 81)

Welke zijn de aandachtspunten van de Minister van Mobiliteit en Openbare Werken Hilde Crevits?

Er is een verkeersveiligheidsplan. Maar toch blijft een 'drastische daling' van het aantal ongevallen uit. De minister ziet drie aandachtspunten: (Hilde Crevits, Het is altijd iemands kind, De Standaard, 26 november 2010)

  1. Onze infrastructuur is kwalitatief nog niet wat ze moet zijn.
  2. Ook de handhaving moet en kan meer doelmatig worden.
  3. Maar ondanks alle infrastructuur en handhaving, is het de automobilist zelf die beslist hoe diep hij het gaspedaal induwt.

Toegespitst op enkele concrete punten en andere voorstellen

Beleid in Vlaanderen t.o.v. fietsers: een historische schets

  1. Het convenantsbeleid. In 1996 werd door de toenmalige Minister in de Vlaamse Regering, Eddy Baldewijns, het voorstel gelanceerd om te komen tot een 'geïntegreerd mobiliteitsbeleid via convenants'.
  2. Vademecum fietsvoorzieningen
  3. Vlaams Totaalplan Fiets
  4. Bovenlokale functionele fietsroutenetwerken: In overeenkomst met het Vlaamse Gewest tekenden de vijf Vlaamse provincies een 'bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk' uit.
  5. Het omvat 11.000 km fietstrajecten.

    In 2010 was ongeveer een vierde van het fietsroutenetwerk met fansoenlijke fietspaden voorzien.

    Over de aanleg van nieuwe fietspaden in Vlaanderen schreef De Standaard (Bron: Fietspaden in een pot, De Standaard, 29 januari 2010).

    Het functioneel fietsroutenetwerk (een fietsroutenetwerk over heel Vlaanderen, gericht op functioneel fietsen: gewoon werkverkeer, naar de winkel gaan, ...) moet versneld aangelegd worden. Met het huidige aanlegtempo zal het nog 20 tot 30 jaar duren eer het fietsroutenetwerk gerealiseerd is. (Fietsersbond voorzitter Wim De Pondt, Radio 1, 13 november 2009) Ook minister Crevits wil de afhandeling van de dossiers (onteigeningen zijn een federale bevoegdheid) sneller laten vooruitgaan (De Standaard, 16 november 2009)

N.B.: Een goede studie over het mobiliteitsbeleid in Vlaanderen is te vinden in Marc Despontin en Cathy Macharis (eds.), Mobiliteit en (groot)stedenbeleid, 27ste Vlaams Wetenschappelijk Economisch Congres, Brussel, 19 en 20 oktober 2006, Brussel, 2006, in het bijzonder de bijdrage van Tim Asperges, Fietsbeleid in Vlaanderen: waar staan we en waar willen we naartoe?.

Vlaanderen: Verkeersveiligheid in het algemeen: doelstellingen

Evolutie in Vlaanderen van 1999 tot 2011: (Bron: FOD Economie) De doelstelling vooropgesteld door het Vlaams Gewest (oranje lijn) werd niet gehaald. De doelstelling vooropgesteld door SGVV (groene lijn) werd nipt niet gehaald.

(BIVV, Jaarrapport Verkeersveiligheid 2011, ... in Vlaanderen, aangevuld met nieuwe gegevens van FOD Economie)
Tussen 2005 en 2009 was er nauwelijks een daling merkbaar van het aantal zwaargewonden. In het jaar 2010 was er wèl een daling, 2011 vertoonde een stijging en in 2012 was er duidelijke daling die zich sindsdien blijkt door te zetten. Het vooropgestelde maximum van 3250 zwaargewonden in 2010 is niet gehaald. (Cijfers FOD Economie. Dit zijn de gewogen aantallen.) Niet-gewogen cijfers. Jaarrapport 2013, p. 26: "In 2013 werden door de politie 2951 zwaargewonden geregistreerd. Door registratieproblemen weten we echter dat dit cijfer een onderschatting is." (Bron: BIVV, Jaarrapport Verkeersveiligheid 2013)

Prof. Dr. Tom Brijs (IMOB UHasselt) op 31 mei 2010:

N.B.: In het Vlaams Gewest gelden volgende cijfers betreffende de mortaliteit per miljoen inwoners: (Bron: BIVV, Jaarrapport Verkeersveiligheid 2011: Analyse van verkeersveiligheidsindicatoren in Vlaanderen tot en met 2011)

Deze cijfers zijn gunstiger dan die van België waardoor het Vlaams Gewest lager staat op de ranglijst van de EU-27.

Oorzaken ongevallen met fietsers volgens BIVV: Regionale analyse van verkeersongevallen Vlaanderen 2010

Ongevallen van fietsers met een vrachtwagen als opponent

In 2007 waren er bij de dodehoekongevallen bij fietsers 9 met dodelijke afloop en 30 zwaargewonden. Bemerk dat men hieruit niet mag besluiten dat er slechts 9 fietsers betrokken waren bij een dodehoekongeval. Lees hierover de vraag die werd gesteld aan het BIVV over 2008 en het antwoord daarop in punt 6 van deze pagina.

Er is een dalende trend voor dodelijke ongevallen met fietsers. Dit geldt echter voornamelijk voor ongevallen met personenwagens. Het aantal ongevallen met vrachtwagens was tussen 1998 en 2006 sterk gedaald maar is sindsdien helaas weer toegenomen. (BIVV, Statistieken verkeersveiligheid 2008, p. 185).

Laatst gewijzigd op 10 juni 2017